Informatie over het woord inflame (Engels → Esperanto: inflamigi)

Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) inflame(I) inflamed
(thou) inflamest(thou) inflamedst
(he) inflames, inflameth(he) inflamed
(we) inflame(we) inflamed
(you) inflame(you) inflamed
(they) inflame(they) inflamed
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) inflame (I) inflamed
(thou) inflame(thou) inflamed
(he) inflame(he) inflamed
(we) inflame(we) inflamed
(you) inflame(you) inflamed
(they) inflame(they) inflamed
Gebiedende wijs
inflame
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
inflaminginflamed

Vertalingen

Esperantoinflamigi; brulumigi
Nederlandsontsteking veroorzaken