Informatie over het woord survive (Engels → Esperanto: postvivi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/səˈvaɪ̯v/
Afbrekingsur·vive
Shaw‐alfabet𐑕𐑼𐑝𐑝
Deseret‐alfabet𐑅𐐯𐑉𐑂𐐴𐑂

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) survive(I) survived
(thou) survivest(thou) survivedst
(he) survives, surviveth(he) survived
(we) survive(we) survived
(you) survive(you) survived
(they) survive(they) survived
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(I) survive (I) survived
(thou) survive(thou) survived
(he) survive(he) survived
(we) survive(we) survived
(you) survive(you) survived
(they) survive(they) survived
Gebiedende wijs
survive
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
survivingsurvived

Voorbeelden van gebruik

Perhaps then we will survive.
He will survive this.
The peninsula still survives in some form today and is known as Spurn Head.
She is expected to survive.

Vertalingen

Afrikaansoorleef
Duitsüberleben
Esperantopostvivi; supervivi; transvivi
Nederlandsoverleven