Informasie oor die woord onnozel (Nederlands → Esperanto: senkulpa)

Sinonieme: onbedorven, onschuldig, schuldeloos

Woordsoortbyvoeglike naamwoord
Uitspraak/ɔˈnozəl/
Afbrekingon·no·zel

Trappe van vergelyking

Stellende traponnozel
Vergrotende traponnozeler
Oortreffende traponnozelst

Verbuiging

 Stellende trapVergrotende trapOortreffende trap
Predikatiefonnozelonnozeler(het) onnozelst, (het) onnozelste
AttributiefOnbepaaldManlike en vroulike meervoudonnozeleonnozelereonnozelste
Onsydige enkelvoudonnozelonnozeleronnozelst
Meervoudonnozeleonnozelereonnozelste
Bepaaldonnozeleonnozelereonnozelste
Partitiefonnozelsonnozelers 

Vertalinge

Afrikaansonskuldig
Deensuskyldig
Duitsharmlos; unschuldig; schuldlos; schuldfrei
Engelsinnocent
Esperantosenkulpa; inocenta
Faroëessakleysur
Fransinnocent
Grieksαθώος
Katalaansinnocent
Papiamentsinkulpabel; inosente
Poolsniewinny
Portugeesinocente
Saterfriesuunscheeldich; uunskeeldich; uunwieten
Spaansinocente
Sweedsoskyldig
Wes‐Friesûnskuldich
Yslandssaklaus