Informasie oor die woord olifant (Nederlands → Esperanto: elefanto)

Sinoniem: dikhuid

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ˈolifɑnt/
Afbrekingoli·fant
Geslagmanlik
Meervoudolifanten

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
olifantjeolifantjes

Voorbeelde van gebruik

Zelfs een olifant zou die boeien niet kunnen breken.
Laten we die olifant eens gaan bekijken.
In Thailand leven nog ongeveer vierduizend olifanten.
In een wildpark in Zambia zijn een 64‐jarige Nederlander en een Belgische vrouw van 57 gedood door een olifant.

Vertalinge

Afrikaansolifant
Albanieselefant
Deenselefant
DuitsElefant
Engelselephant
Esperantoelefanto
Faroëesfílur
Finsnorsu
Franséléphant
Grieksελέφαντας
Hongaarselefánt
Italiaanselefante
Jamaikaanse Patoiselifant
Kabiliesilu
Katalaanselefant
Latynbarrus; elephantus
Maleisgajah
Noorselefant
Papiamentselefante; olefante; olifant
Poolssłoń
Portugeeselefante
Russiesслон
SaterfriesElefant
Spaanselefante
Srananasaw
Swahilindovu; tembo
Sweedselefant
Thaiช้าง
Tsjeggiesslon
Turksfil
Walliescawrfil; eliffant
Wes‐Friesoaljefant
Yslandsfíll