Informasie oor die woord herberg (Nederlands → Esperanto: drinkejo)

Sinonieme: bar, kroeg, tapperij, taveerne

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ˈɦɛrbɛrᵊx/
Afbrekingher·berg
Geslaghistories vroulik, teënwoordig ook manlik
Meervoudherbergen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
herbergjeherbergjes

Voorbeelde van gebruik

Maar de herberg is slechts aan de andere kant van de heuvel.
Kunt u ons een gastvrije herberg wijzen?
De opvarenden van de Albatros traden de herberg binnen waar ze gemelijk werden begroet door Horrel Hork, die de kastelein van het eiland was.

Vertalinge

Afrikaanssjebien
DuitsKneipe; Saloon
Engelstavern
Esperantodrinkejo
Faroëesdrykkjustova
Grieksμπαρ
Katalaanstaverna
Papiamentsshap; bar
Portugeesbar
Spaanstaberna
Thaiบาร์