Informasie oor die woord kookpot (Nederlands → Esperanto: kuirpoto)

Sinonieme: kookpan, pan

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ˈkokpɔt/
Afbrekingkook·pot
Geslagmanlik
Meervoudkookpotten

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
kookpotjekookpotjes

Voorbeelde van gebruik

Hij haalde dus de kookpot voor de dag en ontstak een vuurtje om de rest van de erwtensoep op te warmen.
Ze slofte treurig naar haar kookpot en heer Bommel keek haar nadenkend na.
De vrouwen liepen weg om brandhout, kookpotten en eten te halen, zelfs om kippen te slachten voor de pot, alsof armoede en het lege bord dat ze morgen zouden hebben, niets meer betekenden.

Vertalinge

Afrikaanskookpot
DuitsPfanne; Kochtopf
Engelscooking‐pot
Esperantokuirpoto
SaterfriesPonne
Spaansmarmita; olla