Information über das Wort in (Niederländisch → Esperanto: pri)

Synonyme: aan, aangaande, betreffende, met, naar, omtrent, op, over, van, voor, inzake

WortartPersonalpronomen
Aussprache/ɪn/
Trennungin

Gebrauchsbeispiele

De eengezinswoningen zijn in ’t Gooi met 15,7 procent in prijs gezakt.
Door uw optreden werden ze echter in hun plannen gedwarsboomd.
De jongens verschillen enigszins in lengte.
Commissie‐voorzitter José Manuel Barroso is diep teleurgesteld in de Argentijnse plannen.
Deze koning zou zo’n grote massa geld hebben bezeten dat geen van de latere koningen hem in rijkdom kon overtreffen of zelfs maar benaderen.
Maar u moet me eerst het spel uitleggen, want ik heb daar geen enkele ervaring in.
Geen mens heeft het ooit willen kopen of huren, want Wrightsville is nogal bijgelovig in die dingen.
Ik ben knap in het temmen van wilde katten.

Übersetzungen

Afrikaansin; oor; op; van; omtrent
Dänischaf; om; over; til; vid
Deutschbetreffend; über; von; wegen; vor; an; mit; zu; um; nach; auf
Englischabout; for; of; on; in; into
Englisch (Altenglisch)be
Esperantopri
Färöerischum; viðvíkjandi
Finnisch‐sta
Französischau sujet de; de; en
Isländischum
Jamaikanisches Kreolischpahn
Katalanischquant a; sobre; de
Luxemburgischëm
Niederdeutschup; oaver; når; um; öäver; üm
Norwegischom; over
Papiamentoku; pa; tokante
Polnischo
Portugiesischacerca de; a respeito de; quanto a
Rumänischapropo; despre
Russischо
Saterfriesischanbeloangjend; beträffend
Schwedischom; ; över
Scotsaboot; anent
Spanischacerca de; en cuanto a; por lo tocante a; respecto de; sobre
Sranannanga; abra
Thaiเกี่ยว; เกี่ยวกับ; ถึง; เรื่อง
Walisischyn
Westfriesischoer; by; oan