Information über das Wort lantaren (Niederländisch → Esperanto: lanterno)

Synonyme: lantaarn, lanteern

WortartSubstantiv
Aussprache/ˈlɑnˈtaːrə(n)/
Trennunglan·ta·ren
Geschlechthistorisch weiblich, heutzutage auch männlich
Mehrzahllantarens

Verkleinerungswort
EinzahlMehrzahl
lantarentjelantarentjes

Gebrauchsbeispiele

Met zijn schild nog aan zijn arm bukte Tomas om een van de lantarens op te pakken.
„Je kan doorrijden”, snauwde de wachter met de lantaren.
De wind huilde om de hoeken van het oude stadje en deed de lantarens zwaaien.
Als je een lantaren hebt, kun je die nu aanknippen.
De centrale tent stond vol rook, van lantarens en van Kulgans pijp.

Übersetzungen

DeutschLaterne
Englischlantern
Esperantolanterno
Färöerischlykt; skipsljós
Französischlanterne
Katalanischfanal; llanterna; llanternó
Lateinlanterna
Portugiesischlanterna
SaterfriesischLatuchte; Skienfät
Spanischfarol; linterna
Srananlanteri
Tschechischlucerna; svítilna
Westfriesischlantearne