Information über das Wort bron (Niederländisch → Esperanto: fonto)

WortartSubstantiv
Aussprache/brɔn/
Trennungbron
Geschlechthistorisch weiblich, heutzutage auch männlich
Mehrzahlbronnen

Gebrauchsbeispiele

Dit is de bron van al die ellende.
Dat meisje uit Cath zal altijd een bron van moeilijkheden zijn.
Daarnaast zocht de WIC naar een goede bron van zout.
Bronnen in Kiëv melden dat de opmars gestaag vordert en dat er dinsdag opnieuw twee Russische wapendepots zijn vernietigd.
Ik vertel u het verhaal dus zoals ik het met heel veel moeite uit al deze bronnen bij elkaar heb gekregen.

Übersetzungen

Afrikaansbron
DeutschQuelle
Englischsource
Esperantofonto
Niederdeutschbron
Scotssoorce