Information über das Wort verbloemen (Niederländisch → Esperanto: kamufli)

Synonym: camoufleren

WortartVerb

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) verbloem(ik) verbloemde
(jij) verbloemt(jij) verbloemde
(hij) verbloemt(hij) verbloemde
(wij) verbloemen(wij) verbloemden
(jullie) verbloemen(jullie) verbloemden
(gij) verbloemt(gij) verbloemdet
(zij) verbloemen(zij) verbloemden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) verbloeme(dat ik) verbloemde
(dat jij) verbloeme(dat jij) verbloemde
(dat hij) verbloeme(dat hij) verbloemde
(dat wij) verbloemen(dat wij) verbloemden
(dat jullie) verbloemen(dat jullie) verbloemden
(dat gij) verbloemet(dat gij) verbloemdet
(dat zij) verbloemen(dat zij) verbloemden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
verbloemverbloemt
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
verbloemend, verbloemende(hebben) verbloemd

Übersetzungen

Afrikaanskamoefleer
Dänischcamouflere
Deutschtarnen; verbergen; frisieren; verschleiern
Englischcamouflage
Esperantokamufli
Färöerischhylja
Papiamentokamuflá
Spanischcamuflar