Information über das Wort goedgeluimd (Niederländisch → Esperanto: bonhumora)

Synonyme: goedgehumeurd, welgemoed

WortartAdjektief
Aussprache/ɣutxəˈlœy̯mt/
Trennunggoed·ge·luimd

Komparation

Positivegoedgeluimd
Komparativbetergeluimd
Superlativbestgeluimd

Deklination

 PositiveKomparativSuperlativ
Predikativgoedgeluimdbetergeluimd(het) bestgeluimd, (het) bestgeluimde
AttributivUnbestimmtMännlicher und weiblicher Mehrzahlgoedgeluimdebetergeluimdebestgeluimde
Sächlicher Einzahlgoedgeluimdbetergeluimdbestgeluimd
Mehrzahlgoedgeluimdebetergeluimdebestgeluimde
Bestimmtgoedgeluimdebetergeluimdebestgeluimde
Partitivgoedgeluimdsbetergeluimds 

Gebrauchsbeispiele

De mannen zijn dan goedgeluimd, het regent kwinkslagen en telkens klinkt uit de groepen aan dek luid gelach op.

Übersetzungen

Deutschwohlgemut; gutgelaunt
Englischgay; merry; cheerful
Esperantobonhumora
Saterfriesischbliede; daaten; fergnöigd; lustich; weelich