Information about the word aftroeven (Dutch → Esperanto: atuti)

Synonym: troeven

Part of speechverb
Pronunciation/ˈɑftruvə(n)/
Hyphenationaf·troe·ven

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) troef af(ik) troefde af
(jij) troeft af(jij) troefde af
(hij) troeft af(hij) troefde af
(wij) troeven af(wij) troefden af
(jullie) troeven af(jullie) troefden af
(gij) troeft af(gij) troefdet af
(zij) troeven af(zij) troefden af
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) aftroeve(dat ik) aftroefde
(dat jij) aftroeve(dat jij) aftroefde
(dat hij) aftroeve(dat hij) aftroefde
(dat wij) aftroeven(dat wij) aftroefden
(dat jullie) aftroeven(dat jullie) aftroefden
(dat gij) aftroevet(dat gij) aftroefdet
(dat zij) aftroeven(dat zij) aftroefden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
troef aftroeft af
Participles
Present participlePast participle
aftroevend, aftroevende(hebben) afgetroefd

Translations

Englishtrump
Esperantoatuti
GermanTrumpf spielen; Trumpf ausspielen
Portuguesejogar trunfo; trunfar
West Frisianôftroevje