Information about the word afdreigen (Dutch → Esperanto: ĉantaĝi)

Synonyms: chantage plegen, chanteren

Part of speechverb
Pronunciation/ˈɑvdreɪɣə(n)/
Hyphenationaf·drei·gen

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) dreig af(ik) dreigde af
(jij) dreigt af(jij) dreigde af
(hij) dreigt af(hij) dreigde af
(wij) dreigen af(wij) dreigden af
(jullie) dreigen af(jullie) dreigden af
(gij) dreigt af(gij) dreigdet af
(zij) dreigen af(zij) dreigden af
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) afdreige(dat ik) afdreigde
(dat jij) afdreige(dat jij) afdreigde
(dat hij) afdreige(dat hij) afdreigde
(dat wij) afdreigen(dat wij) afdreigden
(dat jullie) afdreigen(dat jullie) afdreigden
(dat gij) afdreiget(dat gij) afdreigdet
(dat zij) afdreigen(dat zij) afdreigden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
dreig afdreigt af
Participles
Present participlePast participle
afdreigend, afdreigende(hebben) afgedreigd

Translations

Englishblackmail; extord
Esperantoĉantaĝi
Faeroesekrevja við hóttan um gølu
Germanerpressen; durch Skandalandrohung erpressen
Italianricattare
Portuguesefazer chantagem