Ynformaasje oer it wurd uitgraven (Nederlânsk → Esperanto: elfosi)

Synonimen: delven, opdelven, opduikelen, opgraven, rooien, winnen, opdiepen

Wurdsoartetiidwurd
Utspraak/ˈœy̯txravə(n)/
Ofbrekinguit·gra·ven

Ferfoarming

Oantoanende foarm
NotiidDoetiid
(ik) graaf uit(ik) groef uit
(jij) graaft uit(jij) groef uit
(hij) graaft uit(hij) groef uit
(wij) graven uit(wij) groeven uit
(jullie) graven uit(jullie) groeven uit
(gij) graaft uit(gij) groeft uit
(zij) graven uit(zij) groeven uit
Oanfoegjende foarm
NotiidDoetiid
(dat ik) uitgrave(dat ik) uitgroefe
(dat jij) uitgrave(dat jij) uitgroefe
(dat hij) uitgrave(dat hij) uitgroefe
(dat wij) uitgraven(dat wij) uitgroefen
(dat jullie) uitgraven(dat jullie) uitgroefen
(dat gij) uitgravet(dat gij) uitgroefet
(dat zij) uitgraven(dat zij) uitgroefen
hjittende foarm
Iental/MeartalMeartal
graaf uitgraaft uit
Mulwurden
NomulwurdDoemulwurd
uitgravend, uitgravende(hebben) uitgegraven

Oarsettingen

Dútskausgraben; herausgraben
Esperantoelfosi
Frânskabattre
Ingelskdig up; excavate; grub
Lúksemboarchskausgruewen
Nederdútskupgraven