Informatie over het woord ontucht (Nederlands → Esperanto: malĉasteco)

Synoniem: oneerbaarheid

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈɔntɵxt/
Afbrekingon·tucht

Voorbeelden van gebruik

Een 45‐jarige man is vrijdagmiddag veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk, voor ontucht met zijn dochter.

Vertalingen

Engelslicentiousness
Esperantomalĉasteco
Zweedsotukt