Informatie over het woord majordomus (Nederlands → Esperanto: majordomo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/majɔrˈdoməs/, /majɔrˈdomɵs/
Afbrekingma·jor·do·mus

Voorbeelden van gebruik

De majordomus keek Reith onzeker aan.
De majordomus zal u uw slaapvertrek wijzen.
De majordomus ging met de knechts naar buiten om de opdracht van zijn heer uit te voeren.
Hij ontbood zijn majordomus.

Vertalingen

Engelsmajor‐domo
Esperantomajordomo