Informatie over het woord bontmuts (Nederlands → Esperanto: peltoĉapo)

Synoniemen: beremuts, kapoets, karpoets

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈbɔntmɵts/
Afbrekingbont·muts
Geslachthistorisch vrouwelijk, tegenwoordig ook manlijk
Meervoudbontmutsen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
bontmutsjebontmutsjes

Vertalingen

Engelsbearskin; bearskin cap
Esperantopeltoĉapo; pelta ĉapo