Informatie over het woord hernoemen (Nederlands → Esperanto: renomi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ɦɛrˈnumə(n)/
Afbrekingher·noe·men

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) hernoem(ik) hernoemde
(jij) hernoemt(jij) hernoemde
(hij) hernoemt(hij) hernoemde
(wij) hernoemen(wij) hernoemden
(jullie) hernoemen(jullie) hernoemden
(gij) hernoemt(gij) hernoemdet
(zij) hernoemen(zij) hernoemden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) hernoeme(dat ik) hernoemde
(dat jij) hernoeme(dat jij) hernoemde
(dat hij) hernoeme(dat hij) hernoemde
(dat wij) hernoemen(dat wij) hernoemden
(dat jullie) hernoemen(dat jullie) hernoemden
(dat gij) hernoemet(dat gij) hernoemdet
(dat zij) hernoemen(dat zij) hernoemden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
hernoemhernoemt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
hernoemend, hernoemende(hebben) hernoemd

Vertalingen

Afrikaanshernoem; herdoop
Engelsrename
Esperantorenomi