Informatie over het woord indeuken (Nederlands → Esperanto: kavetigi)

Synoniem: deuken

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈɪndøkə(n)/
Afbrekingin·deu·ken

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) deuk in(ik) deukte in
(jij) deukt in(jij) deukte in
(hij) deukt in(hij) deukte in
(wij) deuken in(wij) deukten in
(jullie) deuken in(jullie) deukten in
(gij) deukt in(gij) deuktet in
(zij) deuken in(zij) deukten in
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) indeuke(dat ik) indeukte
(dat jij) indeuke(dat jij) indeukte
(dat hij) indeuke(dat hij) indeukte
(dat wij) indeuken(dat wij) indeukten
(dat jullie) indeuken(dat jullie) indeukten
(dat gij) indeuket(dat gij) indeuktet
(dat zij) indeuken(dat zij) indeukten
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
deuk indeukt in
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
indeukend, indeukende(hebben) ingedeukt

Vertalingen

Engelsdent
Esperantokavetigi