Information du mot bevreemden (néerlandais → espéranto: mirigi)

Synonymes: verbazen, verwonderen

Parti du discoursverbe
Prononciation/bəˈvremdə(n)/
Césurebe·vreem·den

Conjugaison

Indicatif
PrésentPassé
(hij) bevreemdt(hij) bevreemdde
(zij) bevreemden(zij) bevreemdden
Subjonctif
PrésentPassé
(dat hij) bevreemde(dat hij) bevreemdde
(dat zij) bevreemden(dat zij) bevreemdden
Impératif
Singulier/PlurielPluriel
bevreemdbevreemdt
Participes
Participe présentParticipe passé
bevreemdend, bevreemdende(hebben) bevreemd

Exemples d’usage

Het komt niet als een verrassing, maar de gang van zaken bevreemdt mij zeer, aldus Nool.
Heer Bommel keek zijn gastheer bevreemd aan.
Toen hij er even over nadacht, bevreemdde dat hem.

Traductions

allemandin Verwunderung setzen; verwundern
anglaisamaze; stagger; astonish
espagnoladmirar; asombrar
espérantomirigi
françaisétonner
frison occidentalferbaze
frison saterlandferwunnerje
italiensbalordire
polonaiszadziwiać
portugaisadmirar; atordoar; estontear
suédoisförvåna