Informo pri la vorto dus (nederlanda → esperanto: do)

Sinonimoj: ergo, ook weer, toch, toch wel, zodoende, alzo

Uzekzemploj

Dus eigenlijk is er niets veranderd.

U hebt dus het zware materiaal laten aanrukken?

„Dus”, zei hij, „u doet het niet?”

We hadden nog een kleine kans, en die greep ik dus aan.

Hij werd dus beslopen!

Dan is dus Naga Goho de heerser van Pera?

angla	so; therefore; accordingly; consequently; thus
dana	altså; da
esperanto	do
feroa	sostatt
finna	siis
franca	donc
germana	also; daher; denn; doch; folglich; somit; wohl
greka	ακολούθως
hispana	luego; por lo tanto; pues
kataluna	doncs
okcidenta frizona	dochs; dus
papiamento	antó; pues
platgermana	düs
pola	przeto; to; więc
portugala	então; logo; por conseguinte; portanto
saterlanda frizona	also; daach; dan; deerhäär; infoulge fon; somäd
sveda	alltså; ändock; ändå
taja	ก็แล้วกัน; นะ