Afrikaans–English dictionary

English translation of the Afrikaans word tentbewoner

Afrikaans → English
  
AfrikaansEnglish (translated indirectly)Esperanto
(inwoner); ;
denizen
compatriot
🔗 Nou is ’n groot deel van die park vol houthuisies, tente en ou woonwaens.

AfrikaansEnglish
tentbewoner tent dweller
bewoner denizen; dweller; inhabitant; habitant; inmate; occupant; occupier; resident; resider
tent booth; tent; canopy; hood; baktent; pavilion; tabernacle; tilt