Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word ankerplaats

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(ligplaats);
moorage
;
mooring
🔗 Is dat een veilige ankerplaats?
🔗 Daarop liet hij de knechts enige ankers wijn op de stoep zetten.
🔗 Laat het anker vallen!
armature
(verankeren)
🔗 In het laatste geval is het niet waarschijnlijk dat ze hier zullen ankeren.

DutchEnglish
ankerplaats anchorage; moorage; mooring
anker anchor; anker; armament; armature; crampon; keeper; brace; cramp‐iron
ankeren anchor; anchorage; fetch up; cast anchor; drop anchor