Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word bakbanaan
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(kookbanaan) | plantain | |
🔗 Schil de bakbananen en snijd ze in kleine stukjes. | ||
🔗 De broden die ik bak, lijken echter meer op baksteentjes. | ||
(fruiten) | ||
🔗 Ze bakt een ei voor mij. | ||
(falen; mislukken; zakken) | ||
🔗 Hij heeft vandaag rijexamen gedaan en hij is gebakt. | ||
baking | ||
🔗 De politie heeft donderdag vier mannen aangehouden in Hoogerheide na de vondst van 72 kilo cocaïne tussen een lading bananen in een loods. |
Dutch | English |
---|---|
bakbanaan | ⇆ plantain |
bakken | ⇆ bake; ⇆ baking; ⇆ burn; ⇆ fire; ⇆ frizzle; ⇆ fry; ⇆ fry up; ⇆ make bread; ⇆ fail; ⇆ plough |
banaan | ⇆ banana |