Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word bedruipen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
gutmalsekigi
(druppelen; druppen)
drip
🔗 Op dat moment werd de deur ruw opengeworpen en de bediende Joost trad druipend en verwilderd binnen.

DutchEnglish
bedruipen baste; dub
zich kunnen bedruipen pay one’s way; be self‐supporting
zichzelf bedruipend self‐supporting
druipen drip; gutter; ooze