Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word bergbewoner

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
mountaineer
🔗 De bergbewoners waren ongeveer twaalf man sterk, en ze waren gewapend met ruwe houten knotsen en speren en bijlen met stenen koppen.
mountaineer
🔗 Deze berg is vijfentwintighonderd meter hoog.
compatriot
(inwoner); ;
denizen
🔗 Gelukkig, het ziet ernaar uit dat de bewoner thuis is.

DutchEnglish
bergbewoner mountaineer
berg alp; hill; mount; mountain
bewoner denizen; dweller; habitant; inhabitant; occupant; occupier; resident; tenant; inmate