Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word beroepsclausule
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(appél) | ||
(ambacht; handwerk; vak; métier; stiel) | occupation ; trade | |
(bedrijf; professie) | profession ; occupation ; vocation | |
🔗 Ik houd er niet van over mensen te praten die ik tijdens mijn laatste beroep ontmoet heb. | ||
(bepaling; voorwaarde) | ||
🔗 Dat is tegenwoordig een heel normale clausule, mag ik wel zeggen. |
Dutch | English |
---|---|
beroepsclausule | ⇆ appeal clause |
beroep | ⇆ appeal; ⇆ avocation; ⇆ business; ⇆ call; ⇆ calling; ⇆ career; ⇆ employment; ⇆ métier; ⇆ occupation; ⇆ profession; ⇆ trade; ⇆ vocation |
clausule | ⇆ clause; ⇆ proviso |