Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word beveiligen
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(in veiligheid brengen; veilig stellen; vrijwaren) | safeguard ; | |
(behouden; geborgen; safe) | ; | |
🔗 Ach, we zijn in ieder geval veilig. | ||
(safe; zeker) | ; | |
sendanĝere | ||
🔗 Ik alleen kan hier veilig binnentreden. | ||
sekure | ||
🔗 Algy en Ginger, die veilig aan land gekomen waren, klauterden langs de rotsen, wachtend op het einde, dat nu onvermijdelijk scheen. |
Dutch | English |
---|---|
beveiligen | ⇆ protect; ⇆ safeguard; ⇆ secure |
beveiligd tegen | ⇆ safe from; ⇆ secure from; ⇆ secure against; ⇆ sheltered from |
veilig | ⇆ clear; ⇆ sure; ⇆ safe; ⇆ safely; ⇆ secure |