Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word bijspijkeren

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(nagelen)
najli
🔗 Was het doodshoofd aan de tak gespijkerd met het gezicht naar de buitenkant, of met het gezicht naar de boom?

DutchEnglish
spijkeren nail; spike
zijn … bijspijkeren brush up on one’s …

The word bijspijkeren could not be translated into the selected target language by us.