Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word eerroof

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(laster)
defamation
(ere)
🔗 Dit gaat niet om geld maar om de eer!
(aleer; alvorens; voor; vooraleer; voordat)
🔗 Hoelang zal het duren eer ze hier zijn?
(liever)
preferably
(liefst; liever; veeleer)
(ere)
🔗 Het is mij een eer u te ontmoeten.
heist
🔗 Waarom hebben ze jou in verband met die roof gebracht?

DutchEnglish
eerroof defamation
eer afore; before; credit; ere; glory; honour; honours; kudos; rather; sooner
roof slough; snatch; booty; depredation; grab; loot; pillage; plunder; rape; rapine; ravishment; robbery; spoils; scab; swag