Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word geruchtmakend
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(sensationeel; opzienbarend) | sensational | |
🔗 Een rechtbank in India heeft een nu 18‐jarige verdachte van de geruchtmakende groepsverkrachting in een bus in Delhi vorig jaar december schuldig bevonden. | ||
(mare) | ||
🔗 Die geruchten zijn overdreven. | ||
(geluid) | ||
🔗 Zonder gerucht traden de mannen naar buiten. | ||
(doen ontstaan; formeren; instellen; opleveren; opwekken; in het leven roepen) | ||
🔗 Ik maakte geen vuur. | ||
(uitvoeren; vervaardigen) | ; | |
🔗 Hoe wordt een bronzen beeld gemaakt? | ||
(doen; laten) | ||
🔗 Dat maakte dat hij zich iets beter voelde. | ||
(creëren; scheppen) | ||
🔗 Ook de andere schilderijen die hier hangen, zijn niet in Londen gemaakt. | ||
(herstellen; repareren; verstellen) | ; repair ; | |
(scheppen) | ; | |
(aanmaak; vervaardiging; doen) | making | |
🔗 Heer Bommel was in zijn gemakkelijke stoel gaan zitten om rustig over het maken van een atoombom te kunnen nadenken. | ||
(begaan; doen; uithalen; uitrichten; verrichten; uitvoeren) | ||
🔗 Ten eerste moeten wij een keus maken. | ||
(aanmaken) | ||
🔗 Je moet voor mij een robot maken. | ||
; | ||
🔗 We moeten van de nood een deugd maken. |
Dutch | English |
---|---|
geruchtmakend | ⇆ sensational |
gerucht | ⇆ bruit; ⇆ fame; ⇆ noise; ⇆ report; ⇆ rumour; ⇆ tale; ⇆ whisper |
maken | ⇆ repair; ⇆ fix; ⇆ amount to; ⇆ build; ⇆ coin; ⇆ coinage; ⇆ compose; ⇆ confect; ⇆ confection; ⇆ constitute; ⇆ construct; ⇆ create; ⇆ do; ⇆ draw; ⇆ fabricate; ⇆ form; ⇆ get up; ⇆ give; ⇆ make; ⇆ making; ⇆ manufacture; ⇆ take; ⇆ mend; ⇆ offer; ⇆ pass off; ⇆ produce; ⇆ raise; ⇆ realize; ⇆ render; ⇆ score; ⇆ send; ⇆ shape; ⇆ tailor; ⇆ turn; ⇆ volunteer; ⇆ drive |