Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word halfgod

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
daemon
(godheid);
divinity
🔗 Dat is de wil van de goden.
(half en half)
🔗 Ik was al half van mijn stoel opgestaan.
🔗 Ditkeer bleef hij bijna een half uur weg.
demigodess

DutchEnglish
halfgod demigod
god divinity; god
half half; mid‐