Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word lossing

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(afladen; uitladen)
unload
🔗 Straks zou hij de aanhanger wel lossen en in het pakhuis zetten, evenals de auto, die hij zolang om de hoek had gezet.
;
unleash
; ;
(afvuren; afschieten)
discharge
;
🔗 De dag was al half verstreken toen ze plotseling opschrok van een geweerschot, dat op korte afstand voor haar uit werd gelost.

DutchEnglish
lossing landing
lossen discharge; disembark; fire; land; unlade; unload; unship; volley