Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word matje

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Terwijl hij op de mat stond met zijn rug tegen de gesloten deur, haalde hij een kleine elektrische lantaarn uit zijn zak.

DutchEnglish
matje mat
iemand op het matje roepen put somebody on the carpet
op het matje moeten komen be put on the spot
op het matje roepen have up
mat colourless; dead; dim; dimmish; dull; faint; flaggy; flat; languid; languidly; languorous; languorously; mat; mate; spent; frosted; tired; weary; checkmate
tafelmatje tablemat