Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word ploegpaard

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Je kunt kiezen uit een paard, een loper, een toren en een dame.
🔗 De vreemdeling op het zwarte paard glimlachte.
(equipe; team)
(team)
🔗 Ik had een veel grotere ploeg verwacht.
(beploegen; omploegen)

DutchEnglish
ploegpaard plough horse
paard gee‐gee; horse; knight; nag; vaulting‐horse
ploeg crew; gang; outfit; plough; team; squad; set; shift; side; party; batch
ploegen groove; plough; till