Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word schieten
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(vuren) | ; | |
🔗 Toen was hij klaar om te schieten. | ||
(schietpartij; vuren) | ; | |
🔗 Op die manier ging er een uur voorbij met schieten. | ||
kiki | ||
🔗 Els schoot vervolgens meteen de bal in het doel—0–3. | ||
(beschieten; vuren op) | fire at ; shoot at | |
🔗 En zeg dat ze moeten schieten op alles wat op de golfbreker verschijnt. | ||
fall short of the mark | ||
🔗 Die schoot te kort, in ieder opzicht! | ||
te kort schieten in | fall short of | ekmanki al |
wortel schieten (aanslaan) | enradikiĝi | |
; | pafvundi | |
slip on | surmeti rapide | |
🔗 Hij had een jasje aangeschoten over zijn pyjama en had een geweer bij zich. | ||
(ontladen) | discharge ; ; fire off ; let off | |
🔗 Sommigen draaiden zich onder het lopen om en schoten hun musketten af. | ||
shoot off | pafforigi | |
🔗 Bevers mogen onder bepaalde voorwaarden weer worden afgeschoten in Limburg. | ||
(afvuren; lossen; afsteken) | discharge ; ; fire off | |
🔗 Mijn hart zal zijn alls een rots van graniet, waarop de pijlen die ze op me afschiet, zullen afketsen. | ||
🔗 Wat er volgde, boogschieten, gevechten van honden tegen stieren en andere volksvermaken, was meer bedoeld voor vermaak van de lagere klassen. | ||
(fusilleren) | ; | |
🔗 Waarom zou ik jou niet doodschieten? | ||
🔗 Een man die wordt verdacht van het doodschieten van vijf buren is in de nacht van dinsdag op woensdag gearresteerd in de Amerikaanse staat Texas. | ||
(beschieting; schieten; schietpartij; vuren) | ; ; gun‐fire ; ; fusillade | |
(artillerie) | ; ordnance ; gunnery | |
🔗 De Boeren brengen meer en zwaarder geschut in stelling bij Colenso en Ladysmith. | ||
(neerhalen; neerknallen) | ; ; ; | |
🔗 Schiet hem neer, jongens! | ||
ekrapidegi supren | ||
🔗 Vervolgens schoot de lift omhoog. | ||
(voortmaken) | hurry | |
🔗 Daarom moeten we nu opschieten. | ||
(vooruitgaan; vorderen) | progress | |
🔗 We schoten slecht op. | ||
(schieten) | ||
🔗 De schietpartij vond rond 05:30 uur plaats in de Torenstraat. | ||
(schijf) | ||
🔗 Er werd een schietschijf neergezet aan het eind van de zuidelijke toegang tot het strijdperk. | ||
schietspoel | shuttle | |
ejector seat | ||
🔗 Bezorgd dacht hij aan de schietstoel en de nooduitrusting daarin. | ||
schootsafstand (draagwijdte; dracht) | range | |
(draagwijdte; schootsafstand; vuurlijn; vuurlinie; dracht) | range | |
🔗 Wilt u het schootsveld bekijken? | ||
; shooter | ||
🔗 U had die schutter moeten doden, wie het ook was. | ||
marksman | ||
; | ||
🔗 Wel beaamde hij dat de schutter zijn slachtoffers kende en de dubieuze reputatie van het overleden slachtoffer een rol heeft gespeeld. | ||
(aansnellen; toelopen; toesnellen; komen aanhollen; komen aanrennen) | come running | |
(uitspruiten) | ; burgeon ; sprout | |
(verkleuren) | ||
; ; lapse | ||
(tanen; verbleken) | ; turn pale | paliĝi |
(vollopen; zich vullen) | become full ; ; imbue | pleniĝi |
lend ; |
Dutch | English |
---|---|
schieten | ⇆ bag; ⇆ bang; ⇆ biff; ⇆ cannon; ⇆ dart; ⇆ dash; ⇆ fire; ⇆ flash; ⇆ gun; ⇆ pound; ⇆ rush; ⇆ send; ⇆ shoot; ⇆ shooting; ⇆ sweep; ⇆ whisk |
de tranen schoten hem in de ogen | ⇆ the tears started to his eyes; ⇆ the tears started into his eyes; ⇆ tears started to his eyes |
de zon schieten | ⇆ take the sun’s altitude |
een plaatje schieten | ⇆ take a snapshot |
ernaast schieten | ⇆ miss the mark |
het is om op te schieten | ⇆ it is hideous; ⇆ it is frightful; ⇆ it is not fit to be seen |
het schoot mij door het hoofd | ⇆ it flashed through my mind; ⇆ it flashed across my mind; ⇆ it flashed upon me |
iemand laten schieten | ⇆ drop somebody; ⇆ give somebody the go‐by |
iemand om op te schieten | ⇆ a dreadful fellow; ⇆ an annoying fellow |
iets laten schieten | ⇆ let something go; ⇆ let something slip |
in de aren schieten | ⇆ come into ear; ⇆ ear |
in de hoogte schieten | ⇆ shoot up |
in de lach schieten | ⇆ burst out laughing; ⇆ laugh outright |
in de roos schieten | ⇆ strike home |
in het zaad schieten | ⇆ go to seed; ⇆ run to seed; ⇆ seed |
in zijn kleren schieten | ⇆ fling on one’s clothes; ⇆ slip on one’s clothes; ⇆ huddle into one’s clothes |
netten schieten | ⇆ shoot nets |
onder iemands duiven schieten | ⇆ poach in somebody’s waters; ⇆ poach on somebody’s preserves |
schieten op | ⇆ pop at; ⇆ shoot at; ⇆ fire at |
te kort schieten | ⇆ come short; ⇆ fail; ⇆ fall down; ⇆ fall short; ⇆ fall short of the mark; ⇆ don’t measure up |
te kort schieten in | ⇆ be deficient in; ⇆ fall short of; ⇆ be short of; ⇆ come short of; ⇆ be lacking in; ⇆ be wanting in; ⇆ don’t measure up to |
uit de grond schieten | ⇆ spring up |
uit de kleren schieten | ⇆ slip off one’s clothes |
uit zijn slof schieten | ⇆ bestir oneself; ⇆ make a sudden display of energy |
vuur schieten | ⇆ shoot fire; ⇆ flash fire |
wortel schieten | ⇆ push forth roots; ⇆ radicate; ⇆ root; ⇆ strike |
zich voor de kop schieten | ⇆ blow out one’s brains |
aanschieten | ⇆ accost; ⇆ wing; ⇆ wound; ⇆ slip on |
afschieten | ⇆ blaze off; ⇆ blow off; ⇆ cull; ⇆ discharge; ⇆ fire; ⇆ launch; ⇆ let fly; ⇆ let off; ⇆ loose; ⇆ partition; ⇆ partition off; ⇆ pop; ⇆ shoot; ⇆ shoot off; ⇆ fire off; ⇆ curtain off; ⇆ board off |
boogschieten | ⇆ archery |
doodschieten | ⇆ shoot dead; ⇆ shoot; ⇆ shooting |
dóórschieten | ⇆ shoot through; ⇆ continue to shoot |
geschut | ⇆ artillery; ⇆ gunnery; ⇆ ordnance; ⇆ guns |
inschieten | ⇆ dash into |
kleiduivenschieten | ⇆ skeet |
losschieten | ⇆ slip |
misschieten | ⇆ miss; ⇆ miss one’s aim; ⇆ miss one’s mark; ⇆ shoot wide; ⇆ miss the mark |
neerschieten | ⇆ bring down; ⇆ down; ⇆ fetch down; ⇆ gun down; ⇆ plug; ⇆ pop down; ⇆ shoot; ⇆ shoot down; ⇆ sweep down; ⇆ swoop; ⇆ swoop down; ⇆ tumble; ⇆ dart down; ⇆ dash down |
omverschieten | ⇆ shoot down |
opschieten | ⇆ be quick about it; ⇆ get along; ⇆ get cracking; ⇆ go about; ⇆ make headway; ⇆ progress; ⇆ spring; ⇆ spring up; ⇆ sprout; ⇆ sprout up; ⇆ stir one’s stumps; ⇆ run up; ⇆ get one’s skates on; ⇆ shoot up; ⇆ get on |
overschieten | ⇆ remain; ⇆ be left |
prijsschieten | ⇆ shooting‐match |
schietbaan | ⇆ butts; ⇆ practising‐ground; ⇆ range; ⇆ rifle‐range; ⇆ shooting‐gallery; ⇆ shooting‐range; ⇆ practice‐ground; ⇆ rifle‐gallery |
schietend | ⇆ shooting |
schieter | ⇆ peel; ⇆ shooter; ⇆ bolt |
schietgat | ⇆ embrasure; ⇆ loophole; ⇆ crenel; ⇆ crenelle |
schietgebed | ⇆ ejaculatory prayer; ⇆ little prayer |
schietgeweer | ⇆ gun; ⇆ firearm; ⇆ shooter |
schietkatoen | ⇆ explosive cotton; ⇆ gun‐cotton |
schietoefeningen | ⇆ gunnery practice |
schietpartij | ⇆ shoot; ⇆ shooting; ⇆ shoot‐out |
schietschijf | ⇆ target; ⇆ mark |
schietschool | ⇆ musketry school; ⇆ gunnery‐school |
schietspoel | ⇆ shuttle |
schietstoel | ⇆ ejector seat |
schiettent | ⇆ rifle‐booth; ⇆ shooting‐gallery |
schietterrein | ⇆ range; ⇆ practice‐ground |
schietwedstrijd | ⇆ shoot; ⇆ shooting‐match; ⇆ shooting‐competition |
schijfschieten | ⇆ target‐practice; ⇆ fire at a target |
schootsafstand | ⇆ gunshot; ⇆ gun‐range; ⇆ range |
schootsveld | ⇆ field of fire |
schootsverheid | ⇆ gun‐range; ⇆ range |
schootsvrij | ⇆ shotproof |
schutter | ⇆ gunner; ⇆ shot; ⇆ marksman; ⇆ soldier of the civic guard |
terugschieten | ⇆ return fire; ⇆ shoot back; ⇆ kick back; ⇆ pop back |
toeschieten | ⇆ dash forward |
uitschieten | ⇆ eject; ⇆ pop out; ⇆ shoot; ⇆ shoot out; ⇆ throw out; ⇆ whip off; ⇆ slip |
verschieten | ⇆ discolour; ⇆ fade; ⇆ shoot; ⇆ use up; ⇆ consume; ⇆ advance; ⇆ stir; ⇆ lose colour; ⇆ turn pale; ⇆ be frightened; ⇆ be surprised |
voorbijschieten | ⇆ overshoot; ⇆ shoot ahead of; ⇆ streak; ⇆ dash past |
voorschieten | ⇆ advance |
vooruitschieten | ⇆ bolt; ⇆ shoot ahead; ⇆ shoot along; ⇆ shoot forward |
wegschieten | ⇆ blow away; ⇆ dart away; ⇆ dart off; ⇆ flirt; ⇆ pick off; ⇆ shoot off |