Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word schrikwekkend

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
spine‐chilling
🔗 Zijn kromme benen gaven zijn enorme lijf een schrikwekkende snelheid.
deterrent
;
forbidding
fortimiga
🔗 Toen sprong Tom Poes haast wel een meter de lucht in van den schrik, want daar voor hem, vlak bij de deur, zweefde de jas van heer Bommel door de lucht en een eindje daarboven zijn pijp.
(ontzetting);
🔗 De schrik sloeg mij om het hart!
(opwekken; wakker maken); ; ; ;
🔗 Ik zal Roland maar wekken.

DutchEnglish
schrikwekkend appalling; frightening; terrific; terrifying
afschrikwekkend forbidding; deterrent
schrik affright; alarm; fright; horror; terror; scare; shock
wekken arouse; awake; awaken; call up; cause; create; evoke; excite; knock up; provoke; raise; wake; rouse; waken