Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word smaadrede
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(ree) | ; moorage ; mooring ; | |
🔗 Op de rede van Olehleh zag ik eens hoe een inlandse kwartiermeester door haaien werd opgegeten. | ||
(oratie; redevoering) | ; discourse | |
🔗 Alle honderdvierenveertig gasten verwachtten een prettig onthaal, hoewel zij nogal opzagen tegen de rede die hun gastheer na het diner zou afsteken (een onvermijdelijk punt van het programma). | ||
(verstand) | ||
🔗 Maar de grijsaard wilde niet naar rede luisteren. | ||
(verstand) | ; | |
roads ; roadstead | ||
(toespraak; redevoering; speech) | ||
🔗 Dit is de laatste keer dat ik een rede hou die ik zelf niet begrijp. | ||
(belediging) | ; insult ; ; | |
🔗 Na de ontberingen van de afgelopen uren was deze smaad meer dan hij kon verdragen. | ||
(oneer; schande) | indignity ; |
Dutch | English |
---|---|
smaadrede | ⇆ diatribe; ⇆ invective |
rede | ⇆ discourse; ⇆ oration; ⇆ rationality; ⇆ reason; ⇆ road; ⇆ roads; ⇆ roadstead; ⇆ speech; ⇆ sense |
smaad | ⇆ contumely; ⇆ defamation; ⇆ ignominy; ⇆ indignity; ⇆ libel; ⇆ obloquy; ⇆ opprobrium; ⇆ outrage; ⇆ revilement; ⇆ slander |