Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word taxatie
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
taxatie (schatting; waardebepaling; waardering) | assay ; judgement ; | |
taxatie (schatting) | ; ; ; evaluation ; ; | |
(schatten; waarderen) | ||
🔗 Ze probeerde te taxeren hoe ver het verwijderd was, voordat ze zich dwong het uit haar gedachten te zetten. |
Dutch | English |
---|---|
taxatie | ⇆ appraisel; ⇆ appraisement; ⇆ stock‐taking; ⇆ valuation |
taxatieprijs | ⇆ valuation price |
taxatiewaarde | ⇆ appraised value |
taxeren | ⇆ appraise; ⇆ assess; ⇆ gauge; ⇆ put a figure on; ⇆ rate; ⇆ value; ⇆ size up; ⇆ weigh up |