Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word vergaderen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(bijeenkomen; samenkomen)
assemble
;
congregate
;
🔗 In de loop zijner rede schilderde de predikant het beminnelijk karakter der veelbelovende jeugdige overledenen zó aangrijpend af, dat elk lid der vergaderde gemeente zich het hart voelde toeknijpen bij de gedachte aan zijne opzettelijke verblinding, die halsstarrig niets dan fouten en gebreken in de arme knapen had willen ontdekken.
take along
;
convene
(bijeenkomst; samenkomst); ; ; ;
🔗 Maar ik wil ook aan de vergadering deelnemen.
(assemblee)
🔗 De vergadering viel stil en keek hem afwachtend aan.
🔗 Ik zal u meenemen naar de vergaderzaal.

DutchEnglish
vergaderen assemble; congregate; forgather; gather; hold a meeting
vergadering assemblage; assembly; bee; chapel; congregation; congress; convention; gathering; meeting
vergaderplaats meeting‐place; place of meeting
vergaderzaal assembly hall; assembly room; meeting‐room; meeting‐hall