Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word voedzaam

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(voedend)
🔗 De grond moet voedzaam en goed doorlatend zijn.
;
nourish
; ;
nutri
🔗 Heb je de hongerigen gevoed?

DutchEnglish
voedzaam esculent; filling; nourishing; nutritious; nutritive
voeden batten; cherish; feed; feeding; foment; foster; fuel; nourish; nurse; nurture; be nourishing
voedzaamheid nutritiousness; nutritiveness