Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word waarvan
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
whereof | ||
waarvan de (welks; wiens; welk) | ; of which | |
(aan; door; vanaf; vandaan) | ; ; ; | |
🔗 Waar zijn de schoenen van de jongens? | ||
(op; uit; vanuit) | ; ; | |
🔗 De treden waren van marmer. | ||
van | surname | |
(aan; in; met; naar; op; over; voor) | ; ; ; ; | |
🔗 Ze zijn zwak van verstand. | ||
(aan; door; met; om; uit; vanwege; voor; wegens) | ; ; ; | |
🔗 En zij schreeuwden van vrees. | ||
(vanaf; af; van … af) | de sur | |
🔗 We moeten proberen hen van dit eiland te krijgen. | ||
(binnen; in; op; per; te; aan) | ; | |
🔗 En het zal nog wel kouder worden van de winter. | ||
🔗 Maar weet je waar hij is? | ||
commodity ; ware | ||
(eigenlijk; heus; waarachtig) | ; | |
🔗 Dat kan toch niet waar zijn! | ||
🔗 En waar is je baas? | ||
(alwaar) | ||
🔗 Hij weet wel waar. | ||
(waarheen) | ||
🔗 En bovendien gaat een heer waar hij wil! | ||
(waarheen) |
Dutch | English |
---|---|
waarvan | ⇆ of which; ⇆ whereof; ⇆ whose |
van | ⇆ at; ⇆ by; ⇆ for; ⇆ in; ⇆ of; ⇆ off; ⇆ on; ⇆ out of; ⇆ with; ⇆ from; ⇆ down |
waar | ⇆ anyplace; ⇆ anywhere; ⇆ commodity; ⇆ real; ⇆ true; ⇆ right; ⇆ truthful; ⇆ veracious; ⇆ veritable; ⇆ very; ⇆ ware; ⇆ where; ⇆ whereabouts; ⇆ whither; ⇆ truly; ⇆ wares; ⇆ stuff; ⇆ as; ⇆ since |