English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word astray

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
astray
devojiĝinta
go astray
(stray off; aberrate; lose one’s way)
; ;
go astray
(stray off; digress)
flankiĝi
lead astray
(decoy; seduce)
forlogi

EnglishDutch
astray het spoor bijster; verdwaald
go astray afdwalen; op doolwegen geraken; op een dwaalspoor geraken; van de weg afraken; verdolen; verdwaald raken; verdwalen
lead astray op de verkeerde weg brengen; op een dwaalspoor brengen; op een dwaalspoor zetten; verleiden
lead somebody astray iemand van het rechte pad afbrengen