English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word beach ball

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
beach ball
strandbal
plaĝopilko
(dance)
🔗 If I did as I please, I would not be going to the ball.
(globe; bowl); ;
(ball of the thumb);
muis van de hand
(chunk; clod; lump; hunk; wad)
(testicle);
teelbal
(earth up; hill up; hole in);
(botch; bungle; screw up; spoil; blow; blunder; flub; foozle); ; ; ; ; ; ; ;
(globular)
(run aground)
aan de grond zitten
(land)
surterigi
(land; alight); ;
albordigi
(land; berth; go ashore); ;
aan wal komen
;
🔗 Today the beach was clean.

EnglishDutch
beach ball strandbal
ball bal; ballen; bol; danspartij; kloot; kluwen; kluwenen; knot; kogel; pakken; pil; teelbal; zich ballen
beach kust; oever; op het strand drijven; op het strand trekken; op het strand zetten; strand