English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word carriage forward

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
carriage
(coach; cabriolet; chaise; drag; landau; phaeton)
; ;
carriage
(coach; waggon; van; truck)
;
carriage
(hand‐cart; barrow; waggon)
(advance; advanced; antecedent; anterior);
voor‐
(ahead; on; forth; forwards; onward; to the fore); ;
voort
; ;
🔗 Bring her forward!
(dispatch; send off; ship; consign); ;
(importunate; insistent; intrusive; troublesome)
trudema

EnglishDutch
carriage forward ongefrankeerd; vracht betaalbaar ter plaatse
carriage affuit; equipage; frankeerkosten; gedrag; houding; koets; onderstel; rijtuig; slede; transport; transportkosten; vervoer; voertuig; vracht; vrachtloon; vrachtprijs; wagen; wagenonderstel; wagenstel; wagon
forward aanvaller; afzenden; bereidwillig; bevorderen; brutaal; doorsturen; doorzenden; expediëren; geavanceerd; gevorderd; naar voren; nasturen; nazenden; op termijn; opsturen; opzenden; overmaken; overzenden; progressief; spits; spitsspeler; toeschietelijk; toesturen; toezenden; vergevorderd; versturen; verzenden; voorhoedespeler; voorlijk; voorover; voorste; voort; vooruit; vooruithelpen; vooruitstrevend; voorwaarts; voor‐; vrijpostig; vroeg; vroegrijp; óversturen