English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word conceal

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(hide; bury; dissemble; secrete; cover up; hide away); ; ;
🔗 The two captives were concealing information the young man desired.

EnglishDutch
conceal bedekken; geheim houden; helen; niet onder stoelen of banken steken; verbergen; verhelen; verhullen; verstoppen; verzwijgen
conceal oneself zich verbergen; zich verschuilen
conceal something for iets verbergen voor
concealable verbergbaar
concealed verborgen; verholen
concealment schuilplaats; verberging; verborgenheid; verheling; verholenheid; verzwijging