English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word go to pot

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(chamber pot; jordan; piss‐pot); ; ; ;
(jug; can; mug; tankard; jar)
(jug; pitcher);
(marijuana; grass)
(casserole; cooking‐pot)
soepketel

EnglishDutch
go to pot aan lager wal geraken; aan lager wal raken; naar de bliksem gaan; naar de kelder gaan; op de fles gaan
pot bloempot; fuik; in potten doen; in potten overplanten; inmaken; kan; kroes; marihuana; op het potje zetten; pot; potten; pottenbakken; stoppen; verpotten; voor de pot schieten