English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word inefficient

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
inefficient
(unable; incompetent)
;
inefficient
(untrained; incompetent)
; ;
inefficient
efficient
(able; competent; capable; skilled)
efficient
(effective; effectual; efficacious; decisive)
;
inefficiency
(inability)
inefficiency
(incompetence)
; ;

EnglishDutch
inefficient inefficiënt; onbruikbaar; ondoelmatig
efficient bekwaam; competent; doelmatig; doeltreffend; efficiënt; geschikt; krachtdadig; krachtig; productief; redzaam; renderend; werkend
inefficiency inefficiëntie; onbruikbaarheid; ondoelmatigheid