English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word joyride

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
joy
(gladness)
(gladness; delight; joyfulness);
🔗 You seem to find joy in nothing.
🔗 A party of them has ridden south from Tar Valon.
(go; travel; drive)
🔗 It is proper that I ride where I am.

EnglishDutch
joyride joyride; joyriden; plezierrit; pleziertochtje
joy blijdschap; blijheid; geluk; gelukwensen; genot; plezier; verblijden; verheugenis; verheuging; vreugde
joyrider joyrider
ride afrijden; berijden; drijven; kwellen; laten rijden; paardrijden; rijden; rijden op; rijtoer; rit; ruiterpad; toer; toertje; verrijden