English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word lay a bet

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(wager; stake)
🔗 I bet you’re gay.
(wager)
(stake)
(put down);
🔗 A cold hand was laid on his shoulder.
leke‐
;
(put off; take off; put down); ; ; ; ;

EnglishDutch
lay a bet een weddenschap aangaan
bet verwedden; wedden; wedden om; weddenschap
lay aangaan; aanleggen; amateur‐; ballade; bannen; beleggen; bezweren; dekken; een beurt geven; gereedzetten; indienen; installeren; klaarzetten; leg; leggen; leken‐; leke‐; lied; ligging; neerleggen; neuken; nummertje; plaatsen; smeden; spannen; verwedden; wereldlijk; wip